Het kwartje viel meteen bij Roos, mama van Fedde van 18 maanden oud.
“Nu snap ik waarom ik zo moeilijk echt blij kan zijn. Dat komt omdat ik niet verdrietig durf te zijn, terwijl ik dat wel ben.”
Dit klinkt misschien tegenstrijdig, niet blij kunnen zijn omdat je niet verdrietig kunt zijn, maar Roos heeft helemaal gelijk. We leggen het je uit, maar eerst dit:
We vinden vaak dat we geen momenten van verdriet mogen hebben als we net een baby hebben gekregen. Dat hoort niet. Je hebt immers het mooiste gekregen dat je in je leven kan overkomen: een kind. Je hoort blij, gelukkig en dankbaar te zijn.
Terwijl
Als je een baby krijgt, dan krijg je niet alleen iets. Je verliest ook iets. Je verliest bijvoorbeeld je oude leventje en alle vrijheid die daarbij hoorde. Dat verlies brengt verdriet met zich mee. Bij de een meer dan bij de ander.
Een verlies vraagt om aandacht, het wil, net als al je andere gevoelens gevoeld worden.
Gevoelens laten zich gemakkelijker voelen als ze er àllemaal mogen zijn. De fijne en de minder fijne. Dat komt omdat wij mensen geen selectie kunnen toepassen op gevoelens die we wel of liever niet willen voelen.. Als we bewust of onbewust ervoor kiezen om de minder fijne gevoelens, zoals verdriet, niet te voelen, dan gebeurt dat niet-voelen automatisch ook met de fijne gevoelens zoals blijdschap. Dus als je je verdriet toelaat dan laat je een volgend moment ook makkelijker je blijdschap toe.
Treur dus als je voelt dat je verdrietig bent. Neem het serieus. Het hoort bij jou. Het is normaal. Door dat te doen hou je de weg vrij voor àl je gevoelens. Ook de fijne.
En weet dit: verdriet en blijdschap kunnen heel goed naast elkaar bestaan. Het ene gevoel sluit het andere niet uit. Je kunt dus treuren om je oude leven dat niet meer is en ondertussen heel blij zijn met het kindje dat je gekregen hebt.